zaterdag 21 april 2012

Jonathan in gezelschap van Elizabeth

De onlangs geplante halfstamappelaar Jonathan kreeg vorige week het gezelschap van een gele magnolia Elizabeth. Nu staat onze stadssiertuin echt wel vol. De Jonathan staat in het linkerperk, waar rood, roze en wit de overheersende kleuren zijn. Hier staat dus ook onze magnolia Nigra. Voor de gele magnolia had ik nog een beperkt plaatsje in het rechterperk, waar ik mijn favoriete kleur geel met blauw combineer.

Het was lang zoeken om een gele magnolia op de kop te kunnen tikken, maar via het internet kwam ik bij de Anzegemse kwekerij Damien Devos, gespecialiseerd in zeldzame heesters en bomen, terecht. Het was een verre rit, maar door een telefoontje vooraf wist ik dat ik hier mijn gading zou vinden.

Het moest een gele zijn en het werd Elizabeth omdat deze door zijn beperkte grootte geschikt is voor een kleine stadstuin. Deze beverboom, zoals de magnolia in het Nederlands heet, bereikt na 10 jaar een hoogte van amper 250 cm en groeit ietwat piramidaalvormig uit. Hij bloeit in de periode april-juni met crèmekleurige en geurende bloemen. Door de wat latere bloei dan andere magnolia's heeft hij minder te lijden onder bruine bloembladverkleuring door vorstkou.

Bij het zoeken naar informatie op het internet ontdekte ik het verhaal achter deze magnolia Elizabeth. De heester is het resultaat van een kruising tussen Magnolia acuminata en Magnolia denudata. De Magnolia acuminata groeit oorspronkelijk in de oostelijke regio's van de Verenigde Staten en Canada en wordt ook wel 'the Cucumber Tree' genoemd, al wordt de naam 'komkommerboom' ook nog aan twee andere bomen gegeven. De Magnolia denudata of Yulan Magnolia daarentegen is van Chinese oorsprong. Beide soorten worden heel erg gewaardeerd om hun geur. Op de websites kimsmithdesigns.wordpress.com (waar de foto's een exemplaar tonen dat ruim boven de 2,5 meter uitsteekt) en www.about-garden.com vond ik dat het patent op de Magnolia ‘Elizabeth’ werd genomen in 1977 door de Brooklyn Botanic Garden. De naam heeft helemaal niks te maken met de Britse koningin. Het verhaal gaat dat in 1957 in de botanische tuin van Brooklyn een hybride zaadje werd geplant door Evamaria Sperber. Omdat de kruising ontstond uit zaad duurde het tot 1972 vooraleer de heester zijn eerste bloemen toonde. Maar het resultaat was een waar succes. Evamaria Sperber patenteerde deze nieuwe magnolia vijf jaar later (US PP4145) en heette hem naar de directrice en weldoenster van de botanische tuin: Elizabeth van Brunt.

Het exemplaar dat ik kocht heeft twee gesteltakken. Damien Devos raadde, gezien de beperkte omvang van mijn tuin, aan om er één van weg te snoeien en de andere de hoogte in te laten groeien, zodat deze Elizabeth meer tot een boom dan tot een struik zou uitgroeien. Ik kon het echter niet over mijn hart krijgen om de helft van mijn nieuwe aanwinst gelijk maar weg te gooien, dus ging hij zondag de grond in en werd hij helemaal niet gesnoeid. Snoeien is bij een magnolia uit den boze en ook verplanten verdraagt hij niet. Deze stak in een 10-literpot en kreeg wat compost en bentoniet in het plantgat. Nu mag hij verder wennen aan onze zandgrond. Magnolia's houden van vochtige maar goed water doorlatende grond, want ze haten natte voeten. Met onze zandgrond zit dat dus wel snor. Ze prefereren ook eerder zure grond, dus blijf ik maar beter met kalk uit zijn buurt vandaan.

Drie bloemknoppen stonden er op de kale takken, maar één kleine bloemtak onderaan knakte tijdens het transport. De foto van de nog dichte bloemknop bovenaan maakte ik meteen na het planten. Een week later is de bloem al mooi aan het openen en ruikt ze lekker zoet na een fikse regen-met-hagelbui.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten