zondag 28 maart 2010

Witte kornoelje krijgt weer blad


De witte kornoelje (Cornus alba) is een struik die ooit vanzelf de tuin is binnengeraakt. Een paar jaar geleden heb ik hem zijn huidige plek gegeven. In de zomer zorgt hij voor groen in de bloementuin, maar het mooist is hij in de winter als hij als enige plant voor kleur zorgt. Het rood van zijn takken trekt enorm de aandacht. Vorige winter vormde dat een mooi contrast toen het had gesneeuwd, maar nu lopen de takjes alweer uit en duiken de eerste blaadjes op.

Een rommeltje


De moestuin ligt er momenteel nog heel rommelig bij. Al herhaaldelijk wijzigde ik mijn plannen om hem her aan te leggen. Ik wilde er een makkelijke moestuin van maken door tuinborders te maken met planken, maar het hout dat ik daarvoor nodig heb zou me te veel kosten. Dan maar betonnen boordstenen. Toen ik in de bibliotheek in een tuinboek bladerde, zag ik een foto van een moestuin die door buxus is afgeboord. Groen blijft nog altijd veel mooier dan beton. Plannen dus maar weer aangepast. Dat wordt buxus kweken de komende maanden, zodat ik die volgend jaar kan uitplanten. Ondertussen probeer ik al wat de lijnen voor de heraanleg uit te zetten tussen de regenbuien door. Er is nog veel werk voor de boeg.

Blauweregen in de bot


Enkele zonnige en warme lentedagen hebben voor veel verandering gezorgd in de tuin. Amper twee weken na de snoei draagt de blauweregen al aardig veel botten.

zaterdag 20 maart 2010

Vijgenboom uit zijn jasje


Vandaag heb ik ook de vijgenboom bevrijd van zijn al niet meer al te goed aansluitende winterjas. Er zijn al een heleboel knopjes zichtbaar die over enkele maanden hopelijk weer lekkere vijgen zullen opleveren.

Lente



De lente is eindelijk in het land. Na een paar dagen met zon en hogere temperaturen is het weekend weer bewolkt en regenachtig. De mininarcissen en de krokussen houden wel van een beetje vocht.

zondag 14 maart 2010

Planten voor de bijen


's Namiddags naar het kasteel van Poeke gereden, waar de Oost-Vlaamse Plantendag plaatsvond. Voor de 20ste keer organiseerde de werkgroep 'Drachtplanten en Bestuiving' van de Koninklijke Oost-Vlaamse Imkersvereniging een plantendag. Een aantal Oost-Vlaamse imkersverenigingen boden er gratis insectvriendelijke planten en struiken aan. Dat is blijkbaar al goed geweten. Bij aankomst, amper drie kwartier na de opening, waren de plantjes al zo goed als uitgedeeld. We kwamen toch nog met guldenroede (solidago), zonnekruid (helenium), fazantenbes of 'grootmoeders oorbel' (leycesteria formosa) en een mooi uitlopende tak zwarte bes (ribes nigrum) terug naar huis.

Blauweregen gesnoeid


Behoorlijk laat dit jaar - de winter heeft ook zo lang aangesleept en het bleef maar vriezen - maar eindelijk is de blauweregen (wisteria sinensis) gesnoeid geraakt. Veel werk is dat niet. Ik doe het ook niet echt volgens de regels van de kunst. Normaliter krijgt de blauweregen een eerste snoei na de bloei, tot op 40 à 50 cm van de hoofdtak. Na de winter, doorgaans al voor eind februari, worden de zijtakken verder teruggesnoeid tot op 2 of 3 ogen van de hoofdtak. Ik sla die eerste snoei over omdat dit zo goed als onbegonnen werk is door het vele bladgroen en ik de beplanting onder de blauweregen niet wil vertrappelen. Na de winter zie ik perfect waar de lange uitlopers zijn. Die gaan er onverbiddelijk uit en ik zorg in het kluwen van takken vooral voor vormsnoei. Met opzet heb ik nooit tot dicht bij de hoofdtakken teruggesnoeid omdat ik een schaduwhoekje wou creëren met een 'groendak' van uitwaaierende blauweregen. Ondanks deze beperkte en slechts 1 keer per jaar uitgevoerde snoei bedankt de wisteria ons in mei telkens overvloedig met vele welriekende, lange en dikke bloemtrossen.

maandag 8 maart 2010

Grondontledingsbulletin


De ontleding van de grond uit de sier- en moestuin door Osmo. Veertien jaar geleden kwamen we in deze nieuwbouwwijk wonen. De grond was aardig verstoord. Alle goede bovengrond was weggegraven en nadat alle woningen waren afgewerkt was de grond genivelleerd. Het eerste wat ik deed, was turf ingraven om de droge zandgrond wat te verbeteren. De voorbije jaren kreeg de siertuin af en toe wat zeewierkalk en bemesting. De moestuin die ik een paar jaar geleden schoorvoetend begon, werd ondertussen verrijkt met paarden- en konijnenmest en wat compost. De ph-waarde of zuurgraad van sier- en moestuin blijkt nu nagenoeg gelijk te zijn: respectievelijk 6,5 en 6,4. Een juiste pH-waarde ligt tussen de 6,2 en 6,8 voor zandgrond. Dus wat dat betreft, zit ik goed. Door kalk te strooien, wordt de pH omhooggebracht. Bekalking verbetert ook de bodemstructuur. Maar met deze pH-waarden is bekalking niet onmiddellijk nodig. Het advies van de Osmo-raadgever luidde om dat nog eens in het najaar te doen. De bodem mag wel met organische mest verbeterd worden.

zondag 7 maart 2010

De sedum wacht op snoei


De sedum 'Herbstfreude' blijft maanden na zijn bloei de aandacht trekken in de tuin. Deze winter torsten de uitgedroogde bloemschermen zonder problemen herhaaldelijk het gewicht van de sneeuw. Nu schitteren ze in de zon. Maar straks worden alle takken eruit gesnoeid, want in het hart van de plant tonen de nieuwe groene vetblaadjes voor dit jaar zich al.

Prachtig in haar eenvoud


De helleborussen staan nog altijd in hun pot op het terras, te wachten tot ze hun definitieve plek in de tuin krijgen. Beschenen door een stralende ochtendzon op een vrieskoude dag, tonen de eenvoudige bloemen zich in al hun pracht.

zaterdag 6 maart 2010

Beschuttend wandje



Achter de Bekaertdraad is een intiem terrasje waar de was te drogen wordt gehangen bij mooi weer. Ook mijn drie compostvaten gaf ik hier een plaats. De draad was vroeger, net als op de scheiding met de buren, begroeid met klimop. Maar die woekerde te veel. Ik verving hem door minder snel groeiende klimop met een kleiner blad. Vorig voorjaar vloog ook die klimop er weer uit en leidde ik twee kiwiplanten die spontaan in mijn tuin waren beginnen groeien langs de draad. Toen vond ik het terras opeens weer veel te bloot. Als oplossing bedacht ik om een minder hoge draad extra te monteren, alles van fijn gaas te voorzien en in de ruimte tussen de twee draden snoei-, blad en houtafval te droppen en zo een 'houtwalletje' voor de insecten te creëren.
Vandaag heb ik de takken van de vier bolacacia's verhakseld. Met een deel van het verhakselde materiaal heb ik de ene helft van de draad tot boven opgevuld. In de andere helft, die schuin en veel breder loopt, is er plaats voor grover afvalmateriaal.