April lijkt al helemaal lente. Licht, zon en langere dagen maakt dat alle jonge gewassen flink groeien. Houd meteen ook het jonge onkruid onder controle.
Tips voor de maand april uit het ‘Moestuin Werkboek’ van Peter Bauwens:
Eerste week:
- Zaaien: blauwschokkers (dikke blauwe peulen met stevige doperwten)
- Binnen gezaaide tomaten uit het zaaibakje halen en de jonge plantjes een stuk dieper zetten tot net onder de eerste blaadjes, elk in een eigen potje van 5 cm
- Aardappelen planten (op een rij met het gekiemde scheutje naar boven, om de 40 cm en 50 tot 60 cm tussen de rijen; plantgeulen maken van 10 cm diep en meteen een heuvelrug maken waar de aardappelen onder zitten)
Tweede week:
- Prei uitplanten op 10 tot 20 cm van elkaar en de planten 5 tot 10 cm dieper zetten, tijdens de groei nog een keertje aanaarden voor mooie bleke preistelen
- Eerste asperges oogsten (groene: zet ze 10 tot 15 cm uit elkaar en vanaf het tweede jaar dunne mini-asperges van 0,5 cm dik oogsten, kunnen gewoon rauw in salades gegeten worden
- Zaaien: andijvie (dicht zaaien als snijgroente of uitdunnen/uitplanten op 20 tot 40 cm voor grote individuele planten)
Derde week:
- Voorzaaien op de vensterbank: artisjok, kardoen, pompoen, komkommer, courgette (1 zaadje per potje)
- Zaaien: koolraap (voor gebruik medio winter, kan de hele winter in de tuin blijven)
- Buiten afharden: stevia, verveine (zijn nl. niet-winterharde planten), beschutting van planten die buiten overwinterden weghalen
Vierde week:
- Zaaien: radijsjes (derde keer; bij later zaaien schieten ze door de warmte makkelijk door; houdt van een frisse start en koele temperaturen)
- Verplanten: tomaten naar tweede pot van 9 tot 12 cm in doorsnee en opnieuw wat dieper planten
- Plantengier maken met brandnetels, heermoes en smeerwortel (in ton met regenwater, regelmatig omroeren, na 3 weken is de stikstofrijke plantengier klaar > bij gebruik tienmaal verdunnen met regenwater)
